Met het project ‘Hier in Europa’ onderzoeken we de rol van de Europese Unie in ons dagelijks leven. Dat doen we in de Maastrichtse wijk Heer, met speciale aandacht voor de thema’s: samenleven en veiligheid, de duurzame transitie en flexibel ondernemerschap. De verhalen van ‘Hier’ in Europa en de thema’s die in Heer spelen, zijn niet alleen op lokaal niveau relevant. Maar ook voor beleidsmakers, politici, wetenschappers, journalisten en met name ook buurtgemeenschappen elders in Europa. Dat bleek ook bij het ‘Bitterballendebat’ op 11 september over ‘Veiligheid in een grenzeloze grensregio’.
Tussen april en juli 2020 werden de thema’s door onze projectpartners op lokaal niveau onderzocht. Zo bivakkeerde het onderzoeksteam van Dear Hunter een maand lang in Heer. Vanuit hun onderkomen, een zeecontainer op het Raadhuisplein, verzamelden ze verhalen uit de wijk en ze verwerkten deze in een kaart van de wijk. Are We Europe bracht jonge, lokale journalisten en kunstenaars samen om in een week tijd verschillende multimediaverhalen te maken. De uitkomsten van het gezamenlijke onderzoek zijn sinds kort te bekijken op de website van Hier in Europa.
Unieke gesprekken waarbij Europees en lokaal niveau samenkomen
Het delen van deze opgedane inzichten betekent echter niet het einde van dit project. Het luidt juist het begin in van een onderdeel dat ‘Hier’ in Europa zo uniek maakt. Aan de hand van de verhalen die zijn opgehaald in Heer gaan buurtbewoners namelijk in gesprek met Europese experts, bestuurders en vertegenwoordigers van initiatieven, die een link met Heer, Maastricht of de Euregio hebben. Studio Europa Maastricht organiseert op drie vrijdagen zogeheten ‘bitterballendebatten’ in het hart van de wijk. De deuren van ontmoetingscentrum Aen de Wan staan open voor iedereen die meer te weten wil komen over de lokale dimensie van Europese samenwerking. De debatten bieden een mogelijkheid voor buurtbewoners om met elkaar van gedachten te wisselen, vragen te stellen aan gastsprekers en mee te discussiëren.


Veiligheid in een grenzeloze grensregio
Vrijdag 11 september vond het eerste bitterballendebat plaats en gelijk werd de noodzaak van een lokale dialoog over Europese samenwerking duidelijk. Met alle coronamaatregelen in acht nemend, namen zo’n 30 buurtbewoners van alle leeftijden deel aan het debat over ‘Veiligheid in een grenzeloze grensregio’. Ze gingen in gesprek met twee gastsprekers die een aanzienlijke staat van dienst hebben binnen de bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit.
Nadat zij het project in de onderzoeksfase al had bezocht, leverde burgemeester Annemarie Penn-te Strake zelf een bijdrage aan Hier in Europa door als gastspreker deel te nemen aan het debat. In haar hoedanigheid als burgemeester is zij tevens voorzitter van de veiligheidsregio Zuid-Limburg. Voor haar aantreden in 2015 was zij lid van het College van Procureurs-generaal, de landelijke leiding van het Openbaar Ministerie. De burgemeester vond Wil van Gemert op ruim anderhalve meter aan haar zijde. Van Gemert is sinds 2014 plaatsvervangend directeur van het Europese samenwerkingsverband voor politiediensten Europol, dat is gevestigd in Den Haag. Hij is geboren in het Limburgse Nederweert, en gaf eerder leiding aan de landelijke opsporingsdienst AIVD en de cybercriminaliteiteenheid bij de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid.

Onveiligheid is niet altijd zichtbaar maar wel vaak voelbaar
Waar beide gastsprekers zonder problemen een avondvullend college zouden kunnen geven over het thema veiligheid, lieten zij het initiatief tijdens het bitterballendebat vooral aan de zaal. Een uur lang golft het debat onder leiding van moderator Angèl Nijskens tussen, aan de ene kant, het bespreken van de beleving van buurtbewoners, en aan de andere kant, het uitlichten van de kansen en uitdagingen voor Europese samenwerking. Het resulteert in een openhartig en dynamisch gesprek, dat de aanwezigen weet te boeien en te betrekken. Zelfs de bewoners die toegeven in eerste instantie vooral op de gratis bitterballen en consumpties te zijn afgekomen, laten zich ontvallen dat zij het debat als interessant en waardevol hebben ervaren.
De betrokkenheid blijkt gelijk wanneer Wil van Gemert de ban breekt door een eerste vraag op te werpen. In een open vraag aan de zaal vroeg hij wat de bewoners van Heer in hun dagelijkse leven merken van criminaliteit in hun wijk. Een man achterin de zaal veert gelijk op en vertelt over het drugsgebruik en -verkoop dat hij ziet wanneer hij ’s avonds zijn hond uitlaat. “Ik ben er niet bang voor, ik heb een hond bij mij, maar ’s avonds zie je wel de drugsrunnertjes met grote vaart door de straat rijden. De Belgen, de Duitsers, de Fransen, de Polen… Het is minder druk dan vroeger, maar het is er zeker wel.”
De anekdote van de buurtbewoner blijkt een goede inleiding voor hetgeen de gastsprekers later zullen vertellen over de huidige stand van zaken op het gebied van veiligheid in de grensregio. De burgemeester legt uit dat het aantal geregistreerde misdrijven in haar stad in 2019 met 45 procent is afgenomen ten opzichte van 2012. Het gaat dan om klassieke criminaliteit, zoals geweld, inbraak, diefstal en vernieling. In dezelfde periode is het gevoel van veiligheid toegenomen, al scoort Maastricht nog altijd op veel aspecten lager dan het landelijk gemiddelde. Toch biedt deze ontwikkeling hoop volgens Penn-te Strake voor “een regio met Randstedelijke problematiek”. Uit de bijdragen uit de zaal wordt al snel duidelijk dat criminele activiteiten in de wijk niet altijd worden herkend, maar dat sommige buurtbewoners wel zo nu en dan een gevoel van onveiligheid ervaren.
Van Gemert legt uit dat open grenzen wijken als Heer kwetsbaarder maakt voor de georganiseerde criminaliteit. Het biedt namelijk kansen voor criminelen en het compliceert het werk van nationale politiediensten. Volgens de tweede man bij Europol geldt dit niet alleen in grensregio’s als Zuid-Limburg. “Wat u ziet tijdens het uitlaten van de hond hoeft niet direct grensoverschrijdende criminaliteit te zijn, maar we mogen het ook niet los van elkaar zien.” Hij wordt aangevuld door de burgemeester die opmerkt dat 35 procent van de verdachten in Maastricht een woonadres buiten Nederland heeft. Ze licht dat getal toe met een voorbeeld uit de praktijk: “Albanese criminelen huren een vakantiehuis in België, stelen motoren in Duitsland en verkopen die vervolgens in Nederland. De open grenzen maken zo de bestrijding van misdaad ongelofelijk ingewikkeld.”
“Bel mij dan toch!”
Burgemeester Penn-te Strake reageert op twijfels in de zaal of het melden van misdaad loont.


Melden is cruciaal in misdaadbestrijding
De gastsprekers benadrukken dat er desalniettemin de voorbije decennia hard is gewerkt aan het verbeteren van samenwerking over de grenzen heen. Van Gemert wijst daarbij op zijn eigen organisatie als “een succesverhaal in Europees verband”. Al valt er volgens de Europol-vertegenwoordiger nog veel winst te boeken in het betrekken van de burger. Daarin is volgens hem een duidelijke rol weggelegd voor organisaties zoals Europol, dat via sociale media burgers actief betrekt bij opsporingszaken. Ook Penn-te Strake ziet een sleutelrol voor burgers in de Europese misdaadbestrijding.
De boodschap aan de zaal is daarmee duidelijk. Maak een melding wanneer, in de woorden van de burgemeester, “het niet-zo-pluisgevoel” je bekruipt. Ook Van Gemert drukt de aanwezigen op het hart: “Zolang we geen informatie ontvangen is het moeilijk voor ons om misdaad te bestrijden.” Een aantal aanwezigen geven aan dat ze soms besluiten iets niet te melden, omdat ze betwijfelen of er daadwerkelijk iets mee wordt gedaan. Volgens Penn-te Strake mag dit geen reden zijn. “Bel mij dan toch!”, zegt ze tegen een oudere man die zijn twijfels uit. Het gelach dat volgt neemt iets van de voelbare bezorgdheid in de zaal weg. De oproep van de sprekers blijft echter wel hangen.
“We zien dat onze samenlevingen online steeds kwetsbaarder worden, vooral nu we door het coronavirus meer thuis zijn, werken en studeren. Cybercriminaliteit dwingt ons over de grenzen heen te denken.”
De aanpak van de georganiseerde misdaad vereist grensoverschrijdende samenwerking
De geur van bitterballen treedt het zaaltje binnen na een uur gedebatteerd te hebben. Het luidt de afronding in van het debat, en daarmee het begin van de aansluitende borrel. Er is dan al een breed scala aan onderwerpen de revue gepasseerd. Zo wordt er gesproken over het vermogen van ruimtelijke ontwerp om een veiligere leefomgeving te creëren, een initiatief van Europol dat burgers uitnodigt te helpen bij de bestrijding van kinderporno en de wijze waarop er in de Euregio wordt samengewerkt door politie en justitie, onder meer in het Euregional Police Information and Cooperation Centre in Kerkrade.
De deelnemers aan het bitterballendebat kregen een inkijkje in de uitdagingen van het bestrijden van de georganiseerde misdaad in een grenzeloos Europa. Ze hoorden ook hoe er dagelijks wordt gewerkt om hun wijk veiliger te maken, van wijkagent tot Europol, en hoe zij hier zelf een bijdrage aan kunnen leveren. Aan het einde van het debat oppert een bewoner dat gesloten grenzen hier ook aan bij zouden kunnen dragen. Dat is echter een illusie volgens Wil van Gemert, in een wereld waarin criminelen hun werkterrein steeds meer verleggen van achterafstraatjes naar de duistere krochten van het internet. “We zien dat onze samenlevingen online steeds kwetsbaarder worden, vooral nu we door het coronavirus meer thuis zijn, werken en studeren”, stelt hij. “Cybercriminaliteit dwingt ons over de grenzen heen te denken.”
Waar de criminaliteit zich weinig lijkt aan te trekken van landsgrenzen, en ook steeds meer in de grenzeloze virtuele wereld opereert, geven de gastsprekers aan dat Europese samenwerking het antwoord is op de georganiseerde misdaad. Om deze grensoverschrijdende aanpak mogelijk te maken is het volgens Van Gemert het signaleren op lokaal niveau van groot belang. “Je kunt dat onmogelijk los van elkaar zien, dat gaat echt hand in hand.”
“Ik ga niet zo vaak direct in gesprek met buurtbewoners, dus het is bijzonder dat ik dit hier heb kunnen doen.”
Wil van Gemert over zijn deelname aan het bitterballendebat.
Een constructief en toegankelijk debat over de rol van Europese samenwerking op lokaal niveau? Het eerste bitterballendebat in het kader van Hier in Europa liet zien dat het mogelijk is. Wil van Gemert onderstreepte dit ook na afloop van het debat: “Ik ga niet zo vaak direct in gesprek met buurtbewoners, dus het is bijzonder dat ik dit hier heb kunnen doen.” Volgens Van Gemert is een project als Hier in Europa, dat een dialoog faciliteert tussen Europees beleid en de inwoners, van groot belang. “De verhalen van de inwoners van Heer hebben mij laten zien hoe het werk van Europol wordt ervaren op lokaal niveau. Daarnaast wil ik hetgeen wat ik vandaag heb gehoord ook meenemen naar onze dagelijkse praktijk.”


Wil je de andere debatten (ook) bijwonen?
Wij nodigen je van harte uit voor de twee bitterballendebatten die nog op het programma staan. Vrijdag 18 september zal het gaan over de “Green deal” en de gevolgen van de duurzame transitie in Heer. Tjisse Stelpstra, lid van de werkgroep “Green Deal Going Local” van het Europees Comité van de Regio’s, en Gert-Jan Krabbendam, de Maastrichtse wethouder Klimaat & Energie, gaan dan in gesprek met vertegenwoordigers van lokale duurzaamheidsinitiatieven. De week erna, op vrijdag 25 september, zal het gaan over open grenzen en flexibel ondernemerschap. Deelname is gratis, evenals de bitterballen en consumpties. De debatten vinden plaats in het ontmoetingscentrum Aen de Wan en worden mede mogelijk gemaakt door Aen de Wan en buurtplatform Heer. Aanmelden voor de volgende debatten kan hier.
Bezoek de tentoonstelling
Ben je nieuwsgierig geworden naar de verhalen die zijn verzameld in het kader van Hier in Europa? In september is de tentoonstelling te bezichtigen in het ontmoetingscentrum, waarna deze in oktober te zien zal zijn in verschillende winkels in Heer. De verhalen zijn daarnaast te vinden op de interactieve verhalenkaart op de website van Hier in Europa.