Strategische onderzoeksagenda
De strategische onderzoeksagenda wordt uitgevoerd onder leiding van Studio Europa Maastricht. Met deze agenda onderstreept de UM de urgentie om de overkoepelende onderzoeksagenda over Europese integratie, de EU en Europa te vernieuwen en uit te breiden.
De onderzoeksagenda biedt een kader voor toekomstig interfacultair en multidisciplinair Europa-gerelateerd onderzoek aan de Universiteit Maastricht en fungeert als een fundamentele academische pijler met een zichtbare outreach– en citizen science-component.

Opbouw van de onderzoeksagenda
Ontdek de vier thema’s
Democratie, politiek, veiligheid en rechtsstaat
Zestig jaar na haar oprichting worstelt de Europese Unie nog altijd met zaken als nationale soevereiniteit en democratische legitimiteit. Wie heeft het op welk overheidsniveau voor het zeggen?
De EU heeft verschillende supranationale instituties voortgebracht, waaronder een Parlement en een Hof, maar hoe verhouden ze zich tot hun nationale tegenhangers? En wat is de rol van de regionale en lokale autoriteiten? Welke hervormingen zijn nodig om de democratie te waarborgen en ervoor te zorgen dat burgers meer betrokken raken bij het Europese project in plaats van ten prooi te vallen aan euroscepsisme? Dit is slechts een greep uit de vraagstukken die bij analyse en onderzoek komen kijken.
Even hoog op de onderzoeksagenda staan de interne en externe bedreigingen voor het Europese project. Hoe bevorderen we Europese integratie en versterken we de rechtsstaat? Zijn nieuwe vormen van samenwerking vereist om dringende mondiale problemen aan te pakken, zoals klimaatverandering, migratie, cyberveiligheid en terrorisme? En hoe verminderen we de spanningen in de periferie van Europa en zorgen we ervoor dat aangrenzende gebieden stabieler en veiliger worden?
Identiteit, erfgoed en burgerperspectief
De zes Europese landen die in de nasleep van de Tweede Wereldoorlog het integratieproces inzetten, hadden hier geen handleiding voor. Natuurlijk hadden de grondleggers een visie en gedeelde idealen, maar in de loop der tijd zijn de echte drijfveren zowel wetenschappers als burgers ontgaan. Dit vraagt om grondig onderzoek, op een fundamenteel niveau, naar de rol van ideeën bij het vormgeven van de moderne Europese geschiedenis.
Ondertussen zijn burgers door Europese integratie bang geworden om hun identiteit en cultureel erfgoed te verliezen. De toestroom van migranten heeft deze angsten aangewakkerd.
Ons onderzoek richt zich op geschiedenis en erfgoed in multiculturele samenlevingen. Hierbij wordt de rol van politici, overheidsinstanties en culturele instellingen onderzocht. Deze actoren hebben, om maatschappelijke en culturele participatie te stimuleren, nieuwe technologieën omarmd, ook al zijn de wettelijke en ethische kaders hiervoor nog in opbouw.
De Euregio kan hier als onderzoekslaboratorium dienen. Immers heeft deze voormalige mijnregio voor vergelijkbare uitdagingen gestaan en kan ons helpen bij het begrijpen van de impact van grote veranderingen in de samenleving en wat het betekent om een Europees burger te zijn.
Welvaart, welzijn en ongelijkheid
Aanzienlijke verschillen in levensstandaard, levensverwachting en gezondheid binnen de EU blijven bestaan, ondanks voortdurende inspanningen om een gelijk speelveld te creëren. De toenemende integratie, gefaciliteerd door geharmoniseerde juridische en economische regels, heeft geleid tot meer kapitaal en arbeidsstromen, maar ook tot meer concurrentie en een algemeen gevoel van “winnaars” en “verliezers”. Deels kan dit te wijten zijn aan de verwaarlozing van culturele en sociale heterogeniteit tussen landen, deels aan het gebrek aan evenwicht tussen de harmonisatie van de interne markt en de voortdurende nationale vaststelling van belastingstelsels, sociale zekerheid, gezondheidszorg en pensioenregelingen.
Ook hebben de financiële crisis van 2008, de eurocrisis van 2010 en de recente COVID-19-crisis ongelijkheden tussen landen aan het licht gebracht. Hun gevoeligheid voor grote schokken en hun veerkracht, de kwetsbaarheid van wereldwijde waardeketens en de gevolgen van een gebrek aan grensoverschrijdende risicomechanismen; ze zijn zichtbaar geworden. Deze feiten bepalen de MWoE onderzoeksagenda; in lijn met de uitdagingen rond welzijn en ongelijkheid waarmee de EU wordt geconfronteerd.
Ten eerste focussen we op de trade-off tussen veerkracht en efficiëntie waar de EU voor staat. Daarbij kijken we naar de optimale mate van centralisatie, de rol van regelgeving en toezicht en de gewenste mate van risicodeling.
Een tweede breed thema betreft de dynamiek van de arbeidsmarkt die het hoofd moet bieden aan een combinatie van vergrijzing, de kansen op levenslang leren en een toenemende impact van technologische innovatie. Verschillen in nationale belastingstelsels en socialezekerheidsstelsels in combinatie met arbeidsmigratie vormen een extra uitdaging.
Ten derde onderzoeken we optimale strategieën om gezondheids- en sociale ongelijkheden zowel binnen als tussen lidstaten te verminderen.
Tot slot staat de EU voor de uitdaging van duurzame ontwikkeling en een groene transitie die de juridische, economische, sociale, culturele en ethische dimensies van onze samenleving aantast en diepgaand onderzoek vereist.
Kennis, technologie en digitalisering
Met de steun van de Europese Commissie speelt het bedrijfsleven een belangrijke rol bij het genereren van nieuwe kennis en technologieën. Er is veel behoefte aan onderzoek naar de economische effecten van dergelijke bedrijfsinvesteringen. De bevindingen van zulk onderzoek kunnen bedrijven helpen hun innovatiepotentieel te benutten en hiervan kunnen de EU en haar inwoners op hun beurt profiteren. Naar verwachting zullen innovaties op het gebied van automatisering en digitalisering het concurrentievermogen van de EU op de lange termijn bevorderen, bijdragen aan het creëren van een groenere samenleving en de kwaliteit van leven van EU-burgers verbeteren.
Het gebruik van sociale media zou de betrokkenheid bij en deelname aan de politiek kunnen bevorderen bij burgers. Hierdoor kan kennis worden gedeeld op gebieden als geneeskunde, wetenschap en politiek. Het gebruik van dergelijke tools is echter ook een punt van kritiek.
Meer onderzoek is nodig naar de manier waarop kennis wordt gecreëerd en gedeeld door digitale platformen. Hetzelfde geldt voor het toegenomen gebruik van datasets door Europese bedrijven en organisaties. Hoe verwerken, analyseren en interpreteren ze deze rijke hoeveelheid aan data? Kunnen dergelijke data efficiënter worden gebruikt voor besluitvorming? En wat zijn de ethische, juridische en sociale implicaties?
Al dit onderzoek zal profiteren van een hoogwaardige onderzoeksinfrastructuur. Deze biedt nieuwe mogelijkheden voor het delen en verbinden van gegevens en bronnen over het hele continent.